Tabel van oud- en nieuw-Indische alphabetten: Bijdrage tot de palaeographie van Nederlandsch-Indie,/ door K.F. Holle.

- 2 -

het niet, dat het Genootschap (en niet geheel zonder regt) er prijs op stelde,
de tabel spoedig te zien uitgegeven.
Hoewel noode, geloof ik aan 's Genootschaps verzoek te moeten voldoen, mij, zooals het mij in overweging gaf, voorbehoudende later (en kan
het, niet alte laat) een vervolg-tabel na te zenden.
Een troost is 't mij, dat de gegevens, die ik tot een jaar geleden
in handen kreeg, niet van dien aard waren, om een afgerond geheel te leveren,
zelfs niet met de alphabetten, welke ik nog in portefeuille heb; en dit kan
dus tot verontschuldiging dienen, dat de tabel niet met meer orde is zamengesteld. Wat ik deed, was, zooals gezegd, niet'meer dan het bij elkaarbren-.
gen van materiaal, dat, later aangevuld, kan dienen om een ruim en volledig
overzigt daar te stellen, wanneer ook van het vaste land van lnciie' alle gegevens bij elkaar zullen zijn: gebragt, hetgeen, zoover ik weet, nog lang het geval niet is. Als men toch daar eens een tableau heeft zamengesteld van alle
-oude alphabetten, gerangschikt naar tijdsorde en de streek, waar ze te huis
behooren of gevonden zijn, zal zeker ook voor N. Indie een beter licht opgaan omtrent de herkomst van zijn oude alphabetten.
Er ontbreken nu nog vele schakels, zooals, wat Ned. Indie bstreft, nog
onlangs bleek door het voor den dag komen van een alphabet van Borneo
(Koetei), dat met de alphabetten van Tjiroenten en Bekasil als het oudste alphabet van Ned. Indie kan worden aangemerkt en, volgens Professor' KERN, van
omstreeks 600 onzer jaartelling moet/ dateren. Zoo ook zal door het meer
bekend worden der oude alphabetten van Kambodja duidelijk blijken, dat een
type (het Kawi-type) van daar naar Java en misschien ook naar Sumatra moet
zijn overgebragt.
De zoo even genoemnde alphabetten zal ik opnemen bij die, welke ik
voor de tweede tabel gereed heb; en ik hoop, dat die nog door andere zullen
worden aangevuld, waardoor waarschijnlijk iets meer licht oretrent den oorsprong
der led.Indische alphabetten zal opgaan. Eene meer volledige behandeling
dezer aangelegenheid mij dus voorbehoudende, wensch ik hieronder kotelijk te
vermelden, uit welke bronnen en hoe ik de tabel heb zamengesteld.
~ *.....
Behalve uit de gegevens, welke door de gewestelijke autori'eiten aan het
Genootschap werden verstrekt van de alphabetten, op het oogenblik in deBui

ten-bezittingen in gebruik, putte ik uit de Makassaarsche Spraakkunst van Dr..
MATTEES, uit die: voor het Bataksch van Dr. NEUBRONNER VAN DER TUUK ()en
uit u Les Manuscripts Lampongs" van dienzelfden geleerde, uit de Kawi-oorkonden
van Dr. COHEN STUART, terwijl ik wijders gebruik maakte van oud-Soendasch'e- en
Kawi-mss., in de Soenda-landen gevonden, van facsimile's van inscripties op steenen,
van het Genootschap ter inzage ontvangen of mij door anderen daartoe afgestaan, en evenzoo van die, opgenomen in de Verhandelingen of het Tijdschrift(1) Ook zijn werkje over Sclirift en Uitspraak der Tobasche Taai.... —