A vindication of the severall actions at law, brought against the heires of Sr. Peter Courten, Knight, and Peter Boudaen, merchants deceased by George Carew, Esqr., James Boeve, merchant, and Hester de Weyer ; with the arraignment of a most scandalous pamphlet called, De quade Minees en practiken van seeckeren George Carew, ontdeckt en opengeleght, tot onderrichtingh en waerschouw aen Nederlandt, door d'Erfgenamen van P.B.C., Zalr. 1675, privately given out to the magistrates in Zeeland.

OP huyden den xxiv. Iuly 1675. Compareerde voor my Arnoldus Rijcx openbare Notaris by den Hoogen Raade in Hollandt geadmiteert / ter Vere in Zeelandt residerende / de Heer George Carew Schilt∣knaap van Richmond in het Graafschap van Surrey, in het Koninckrijck van Engeland, ••e kennen gevende / dat Mr. John Moncy Koop∣man in Londen / by sijn Testament ende uyt∣terste Wille gedateert binnen Middelburgh in Zeelant den 17. October 1631. heeft gegeven ende naergelaten (ge∣lijck breeder daer in is te sien) eene somme van duysent Ponden Sterlinex / aen Willem Courten Schilt-knaap / Soon ende Erfgenaem van den overleden Sr. William Courten Ridder / welcke tot noch toe niet en is beta••lt by de gepretendeerde Executeuren van den voorsz. John Moncy ofte yemant van de selve / ter oorsake van diversche diffe∣renten die ontstonden wegens het Capitael en Rekeninge van de ver∣nootschap in den handel ongeliquideert tusschen Sir William Courten, Sir Peter Courten, ende John Moncy, ten tijde van haer overlijden respectivelijck / waer in de voorsz. Sir Peter Courten schuldigh was op Rekeninge aen her Capitael / eene somme van een hondert twintigh duysent Ponden Sterlinex en daer boven / zijnde Penningen gelicht op Intrest / op het Credit van Sir William Courten, en sijn Soon / mitsgaders Mr. John Moncy, 't welck by Wissel was geremitteert aen de voorsz. Sir Peter Courten, gelijck by de Copyen authentijck van de selve Rekeninge blijckt / blijvende de selve Penningen als noch onvoldaen aen vele Weduwen en Weesen in Groot Brittange / en in andere plaetsen van Sijn Majesteyts Koninckrijcken. En nademacl Peter Boudaen Zal^r. Koopman binnen Middelburgh, noe∣mende hem selven Erfgenaem van den Staet ofte Boedel van meer∣gemelten Sir Peter Courten ende John Moncy, hem selven verbonden heeft (ac h••ervolgens eene Sententie ges••reckt ende gepronuncieert voor den Hoogen Raade in Hollant in den Iare 1657.) aensprekelijck te zijn voor het voorsz. Legaet en Intrest / mitsgaders alle andere pretentien van wat nature die soude mogen wesen / •• en gemaeck•• werden op de nalatenschappen van gedachten John Moncy, en wer∣dende den voorsz. William Courten de Jonge in het Jaer 1643. insol∣vent / ende doot in Rechte / soo hebben de Commissarisen / genomi∣neert

ende gestelt zijnde tot uytvoeringe van een Commissie onder het groot Zegel van Engeland / gegrontvest op de Wetten en Statuten gemaeckt aengaende Banckeroetiers / by hare Acte in geschrift van dato den 30. April 1662. het voorsz. Legaet van duysent Ponden en alle andere sommen van Penningen / Schulden / Rechten / en Preten∣tien / hoe die soude mogen wesen den voorsz. William Courten aenko∣mende / geassigneert en getransporteert aen Sir John Ayton, voornaem∣ste Edelman en Kamer-bewaerder van Sijn Majesteyt van Groot Brittanje / en Meester van de swarte Roede / Charles Whitaker, en aen den Heer Comperant George Carew Schilt-knaap / gelijck de selve Acten klaerlijck ende in 't breede uytwijsen / zijnde die geregistreert ten Comptoire van Major Wright ende John Daniel, openbare Notari∣sen tot Londen.

Wijders / dat aengesien de Heeren Johan Boudaen, Pieter Boudaen, Walter Boudaen, Hendrick Boudaen, Abraham Biscop in Huwelijck hebbende Vrouw Catharina Boudaen, ende Constantia Boudaen, Sonen ende Dochters van meergemelten Heer Pieter Boudaen aensprekelijck zijn als Erfgenamen van haren Heer Vader Zaliger / voor het ge∣dachte Legaet metten Intrest van dien / soo heeft den Heer Compa∣rant my Notario versocht / dat ick my soude willen vervougen aen welgemelte Heeren ofte yemandt van den selve / ende haer Ed. uyt sijn Heer Comparants naem ende van sijnent wege / mitsgaders als gemachtigde ende geauthoriseert by welgemelten Sir John Ayton ende Charles Whitaker, afvorderen betalinge van de voorsz. een duysent Ponden Sterlinex metten Intrest van dien jegens vijf per Ct^o. in 't Iaer sedert den Iare 1632. bedragende te samen ter somme van drie duysent een hondert en vijftigh Ponden Sterlinex / ofte in cas van re∣fuys / suffisante redenen waeromme de voorsz. somme in maniere als voorsz. niet en behoorde betaelt te werden / ende by weygeringe van dien / dat ick Notaris jegens de selve soude protesteren / gelijck den Heer Comparant in sijne qualiteyt wel expresselijck is protesterende by desen / van alle Kosten / Schaden ende Intresten daer door gele∣den ende noch te lijden / omme alle de selve te verhalen daer ende soo hy Heer Comparant te rade werden sal.

Verder heeft den Heer Comparant my Notario versocht dat ick de opgemelte Heeren soude insinueren ende bekent maken / als dat by Comparant begeerigh en genegen is / om een eynde te hebben van alle

verschillen / rakende de Boedels van Sir William Courten, Sir Edward Littleton, ende Sir Paul Pyndar, en te vermijden alle verdere onheylen ende moeyelijckheden / die daer uyt noch soude mogen spruyten / en daer toe bereyt en gewilligh is om alle de differenten en dispuyten de selve Boedels rakende / te refereren aen twee neutrale / bequame ende eerelijcke Luyden / uyt yder Natie om de selve te arbitreren / compo∣seren ende finalijck te determineren / geduerende dese jegenwoordige Vacantie / ende in cas van verwerpinge van dese billicke presentatie / dat ick Notaris in maniere als vooren jegens de selve soude proteste∣ren van alle Kosten / Schaden ende Intressen / die daer door soude mogen werden veroirsaeckt / versouckende hier af te hebben Acte in forma om sijne bereytwilligheyt ten go••de / en onwilligheyt tot ver∣dere Proceduyren / te toonen daer en soo hy te rade werden sal / be∣nevens het relaes van mijn wedervaren / in kennisse der waerheyt dese geteyckent

binnen Middelburgh, date als boven.

En was geteyckent, GEORGE CAREW.

OP den voorsz. 24. July 1675. hebbe ick Arnoldus Rijcx my getran∣sporteert (geassisteert met de ondergeschreven Getuygen) ten Huyse ende aen den Per••oon van de Heer Pieter Boudaen. en sijn Edelheyt de voo∣renstaende Insinuatie by lecture gedaen, die my Notaris tot antwoorde gaf, ick hoore en sie, en ick versoecke Copye vande selve Insinuatien ende proteste∣ren, die ick sijn Edelh^t. oock hebbe behandight, en jegens den selven Heer Boudaen geprotesteert, conform de voorenstaende last, zijnde dit alsoo mijn relaes ende wedervaren. Aldus gepasseert binnen Middelburgh, present Iohannes Vinckaert, en Aaron Wright als Getuygen, die de menute behoor∣lijck hebben onderteyckent, date als boven.

Quod Attestor Arnoldus Rijcx, Notaris Publ.